De Dassenwerkgroep Bakkeveen heeft in het eerste deel van dit jaar al twaalf doodgereden dassen geteld. Waarschijnlijke oorzaken: een groeiende populatie en langere zoektochten naar voedsel als gevolg van de droge zomer.
Bakkeveen De aangereden dieren zijn gevonden in het gebied in en rondom Bakkeveen, grofweg tussen Drachten, Donkerbroek en de provinciegrenzen met Drenthe en Groningen. Hotspots in verkeersslachtoffers tot op heden vormen de Leidijk -drie dieren- van Waskemeer in Zuidwestelijke richting en de Kruisweg -twee dieren-, van Waskemeer in Zuidelijke richting. Ook tussen Bakkeveen en Wijnjewoude zijn onlangs deze zomer twee dassen doodgereden. Volgens de Dassenwerkgroep, onderdeel van natuerferiening Bakkefean, vallen de slachtoffers vaak op dezelfde trajecten.
Het ging lang slecht met de das. Door bejaging, stroperij en veranderende landschappen was er in de zestiger jaren nog maar zo-n tien procent van het oorspronkelijke dassenbestand over. Dankzij het uitzetten van nieuwe populaties in Gaasterland en Oost-Friesland gaat het nu een stuk beter. Maar het is volgens de Dassenwerkgroep te kort door de bocht om dit als enige verklaring te geven voor het huidige aantal verkeersslachtoffers.
Dassen zijn nachtdieren en worden om die reden niet vaak door mensen gezien. Overdag bivakkeren ze in ondergrondse burchten die ze met hun sterke voorpoten uitgraven. Een worp telt in deze omgeving meestal twee of drie jongen. Dassen zien slecht, maar hun reukorgaan is goed ontwikkeld. Het zijn alleseters, hun voorkeur gaat uit naar wormen maar ze eten ook slakken, emelten, engerlingen, valfruit en zelfs kadavers. Door de droogte van afgelopen zomer kropen de wormen dieper de grond in en werden daarmee voor de das vaker onbereikbaar. Dus moet de das langer en verder naar voedsel zoeken. Omgewoelde bermen zijn een teken van de aanwezigheid van een das. De zoektochten kunnen kilometers lang zijn, dus is de kans op kruisen van wegen groot. Daarmee neemt het risico op verkeersslachtoffers toe. In deze tijd van het jaar vormen maiskolven voor dassen een lekkernij, die ze gebruiken om op te vetten om zo de winter beter door te komen. De das gaat rechtop tegen de maisplant staan om die om te drukken en vervolgens de kolven te pakken. Om de maisakkers te bereiken wijken de dassen af van hun -normale- zoekgebieden wat ook weer extra verkeersslachtoffers kan opleveren.
In het voorjaar zijn de verkeersslachtoffers meestal zwervende mannetjes. Extra triest is het wanneer een zogend vrouwtje wordt aangereden. Dit heeft als gevolg dat de achtergebleven jongen verhongeren. Aanrijdingen vinden nachts plaats op momenten met weinig verkeer. De Dassenwerkgroep roept nachtelijke automobilisten in deze omgeving dan ook op om 's nachts in alert zijn op overstekende dassen. Dassen hebben geen natuurlijke vijanden. Landelijke schattingen gaan er van uit dat jaarlijks zo-n twintig procent van de dassen ten prooi valt aan het verkeer. De Dassenwerkgroep denkt dat het percentage in Bakkeveen en omgeving hoger ligt. Meldingen van dode dassen vinden bij diverse instanties plaats, reden waarom de telling door de Dassenwerkgroep Bakkeveen niet compleet kan zijn. De Dassenwerkgroep monitort pas sinds enkele jaren, cijfers van voor 2021 zijn er daarom niet. Door frequent contact met diverse instanties te onderhouden worden dubbeltellingen zoveel als mogelijk uitgesloten.